In het titelgedicht, maar ook op andere plaatsen in zijn nieuwe bundel, schrijft Wiel Kusters op elegische toon, maar zonder pathos, over zijn beide overleden broers, van wie hij er een niet gekend heeft. Daarbij komt hij, zo lijkt het, tot de conclusie dat de dichter in zijn schrijven en spreken zoiets als een broer van zichzelf moet zijn. In de woorden en klanken van zijn zowel vreemde als nauw aan hem verwante stem.

Hohner is een bijzondere bundel.’ Meander

‘In het indrukwekkende ‘Hohner’ gedenkt Kusters zijn dode vader én een andere, ook gestorven broer.’ Tzum

HOHNER

In een la van de keukenkast
lagen de sigaretten van mijn vader
een boekje over eerste hulp bij ongelukken
(een man is uit voorzorg op een plank gaan staan
en trekt met een wandelstok
de elektrische draad
van het lichaam van de geëlektrocuteerde ander)
een alarmpistool –
veel dat mij is ontschoten
en een mondharmonica van het merk
Hohner – The Echo Harp.Op het doosje een berglandschap
een houten huis
rook uit de schoorsteen
en op de voorgrond een man
die een pad bewandelt
naar ons toe.

Mijn broer bespeelde The Echo Harp
La Paloma
of schoot met het pistool
wanneer hij niet tekende, schaakte, las
of al het andere waar hij
goed in was.

Nooit kwam ik tot muziek
op zijn Hohner
nooit tot iets anders dan een sireneachtig
in en uit van adem

wel proef ik het hout
ruik daarvan de wat zoete geur
wanneer het vochtig wordt
van mijn speeksel
voel hoe mijn mond
dorstig wordt en droog.

Het is geen muziek
waarmee mijn broer nu
uit het gebergte van zijn dood
nader treedt

het is een ademen
een ademen alleen
in in in

en een janken
zoals vroeger nooit
door hem
geuit.

Paperback
56 blz.
€ 15,0
ISBN 9789082175158
Verschenen april 2015

Wiel Kusters

Uitgeverij Koppernik

Meld u aan voor onze nieuwsbrief en ontvang bericht bij nieuwe boeken.

Dank voor uw aanmelding.